Het Aard van het Beestje – Waarom Afstamming Ertoe Doet
Laatst was ik bij mensen thuis, voor een gedragsconsult met hun hond. Een jonge reu, prachtig gebouwd, vriendelijk van aard, maar behoorlijk druk en moeilijk te sturen. Bij het minste of geringste stond hij voor 100% aan voor aktie. Terwijl ik hem observeerde, zag ik het al: dit was niet zomaar een druktemaker. Dit zat veel dieper. Tijdens het gesprek vroeg ik naar zijn achtergrond, en jawel — hij kwam uit een werklijn van herders. Ouders die dagelijks ingezet werden voor beveiliging. Uit echte werklijnen betreft bewaking. En dan valt ineens alles op z’n plek. Daarom haal je zoveel meer uit een persoonlijk huisconsult, je ziet echt het totaalbeeld in eigen omgeving van de hond.
Dit soort situaties maak ik vaak mee. Twee honden van hetzelfde ras, zelfs uit hetzelfde nest, kunnen totaal anders zijn in gedrag. En steeds opnieuw blijkt: ‘het aard van het beestje’ doet ertoe. Oftewel: de afstamming is van grote invloed op hoe een hond zich gedraagt. Steeds meer fokkers inversteren in gedragstesten bij de pups in het nest. Hier kun je al veel uithalen betreft natuurlijke aanleg en persoonlijkheid.
Gedrag is erfelijk — niet alles is opvoeding
Er wordt vaak gedacht dat gedrag vooral afhangt van opvoeding. En begrijp me niet verkeerd: opvoeding is ontzettend belangrijk. Maar het bepaalt niet alles. Wat een hond van nature in zich heeft, wordt voor een groot deel genetisch bepaald. Karaktereigenschappen zoals angst, moed, zelfstandigheid, drang tot jagen, bewaken of hoeden — het zit vaak diep ingebakken, via de ouders en grootouders.
Ik zie het keer op keer in de praktijk: een pup uit een lijn met stabiele, sociale ouderdieren heeft vaak een heel andere basis dan eentje uit een lijn met angstige of nerveuze honden.
En daar kun je met training wel aan werken, maar het fundament is anders.
Niet alleen uiterlijk, maar ook innerlijk wordt vererfd
Veel mensen letten bij het kiezen van een pup vooral op het uiterlijk. Kleur, grootte, vacht — het is begrijpelijk, want je kiest ook met je hart. Maar minstens zo belangrijk is het karakter.
En dat karakter is dus niet toevallig: het wordt net zo goed doorgegeven als de oogkleur of het formaat van de oren.
Daarom kijk ik bij elke hond niet alleen naar hoe hij zich nú gedraagt, maar ook naar waar hij vandaan komt. Wat is het doel waarvoor dit ras ooit is ontwikkeld?
Wat deden zijn ouders, en hoe gedragen zij zich? Wat hebben de pups meegemaakt de eerste weken bij de fokker? Lagen ze in een bak zaagsel in een schuur? Of heeft de fokker er weken ingestoken om de pups zoveel mogelijk positieve bagage mee te geven naar de nieuwe eigenaren?
Vraag door bij het kiezen van een pup
Mijn advies aan iedereen die een hond wil aanschaffen: doe je huiswerk. Vraag door bij de fokker.
Een goede fokker is erg kritisch, en vraagt zelf ook door over jullie gezinsamenstelling, woonsituatie en dagelijks leven.
-
Wat is het karakter van de ouderdieren?
-
Wordt er gefokt op gedrag of alleen op uiterlijk?
-
Is er sprake van een werklijn of showlijn?
-
Zijn er erfelijke gedragsproblemen in de lijn bekend?
Een goede fokker zal hier open over zijn en je helpen de juiste match te vinden.
Tot slot
"Het aard van het beestje" is geen excuus, maar een verklaring. Als je begrijpt waar bepaald gedrag vandaan komt, kun je er veel gerichter mee aan de slag.
En het helpt je ook om realistische verwachtingen te hebben van je hond.
Dus of je nu al een hond hebt of er eentje overweegt: duik eens wat dieper in zijn achtergrond.
Je zult versteld staan hoeveel je kunt leren, simpelweg door te kijken naar waar je hond vandaan komt.
Want uiteindelijk is gedrag niet alleen aangeleerd — het is ook gewoon... wie hij is.
Reageer